Renteontwikkelingen/-visie
Om onderbouwde financieringsbeslissingen te kunnen nemen, is het belangrijk om een inschatting te maken van toekomstige renteontwikkelingen. De ontwikkeling van de korte rente is vooral afhankelijk van de inflatie. De hoogte van de lange rente wordt vooral bepaald door de economische groei.
Na de economische recessie die veroorzaakt werd door de coronapandemie is er op dit moment sprake van voorspoedig economisch herstel. Het IMF verhoogde onlangs haar groeiverwachtingen voor 2021 en 2022. De steeds hogere vaccinatiegraad, in met name de meest ontwikkelde economieën, en het daarop volgende vooruitzicht van een heropening van het maatschappelijke en economische leven veroorzaken optimisme onder consumenten en op de aandelenbeurzen en zijn de belangrijkste oorzaken van deze economische groei. Risico’s voor het herstel zijn vooral gelegen in de huidige personeels- en grondstoftekorten en natuurlijk de dreiging van het ontstaan van nieuwe coronavarianten die niet gevoelig zijn voor de huidige vaccins.
Door de huidige mismatch tussen vraag en aanbod van zowel grond- als hulpstoffen werd de inflatie in de afgelopen periode iets opgedreven. Deze raakte in de afgelopen maanden voor het eerst sinds lange tijd, zij het kortstondig, het meerjarige streefpercentage van 2% van de Europese Centrale Bank (ECB). Financieel analisten zijn verdeeld over de vraag of de centrale banken op korte termijn aanleiding zullen zien om op basis van de aanwakkerende inflatie en de economisch vooruitzichten over te gaan op het beperken van de huidige opkoopprogramma’s en het voeren van een stringenter monetair beleid.
Hoewel de rentestijgingen op zowel de geld- als de kapitaalmarkt in de afgelopen maanden nog minimaal waren houden wij in het licht van deze ontwikkelingen rekening met een lichte stijging van de rente vanaf 2022.
Rente toerekening en renteresultaat
In het onderstaand schema wordt uiteengezet hoe de rentetoerekening in de begroting 2022 plaatsvindt. Eerst wordt het saldo van de daadwerkelijke rentelasten en rentebaten bepaald. Vervolgens wordt de specifieke rente toerekening daarop in mindering gebracht. Het deel dat over blijft wordt toegerekend aan de diverse taakvelden in de begroting. Dit gebeurt via de rente-omslag. De rente die niet aan de taakvelden wordt toegerekend staat als renteresultaat op het taakveld 0.5 Treasury.
Rente toerekening | Werkelijk 2019 | Begroting 2021 | Begroting 2022 | |
---|---|---|---|---|
Externe rentelasten | 4.078 | 3.778 | 3.133 | |
Externe rentebaten | -895 | -688 | -352 | |
Saldo rentelasten en rentebaten | 3.183 | 3.090 | 2.781 | |
Toerekening aan grondexploitaties | -1.448 | -1.487 | -1.407 | |
Toerekening aan projectfinanciering | -643 | -691 | -653 | |
Toerekening rente over eigen vermogen | 0 | 0 | 0 | |
Toerekening rente over voorzieningen | 55 | 56 | 22 | |
Aan taakvelden toe te rekenen rente | 1.147 | 968 | 743 | |
Toegerekende rente volgens begrote renteomslag | 1.633 | 1.735 | 1.882 | |
Correctie rente-omslag | -486 | |||
Renteresultaat op taakveld 0.5 Treasury | 0 | 767 | 1.139 | |
Bedragen x 1.000 euro |